Dit doet Prinsjesdag met je portemonnee: drie voorbeelden
Minister Kaag van Financiën met de miljoenennota die grote impact heeft op burgers.© Foto ANP
Wat betekent Prinsjesdag voor het besteedbaar inkomen in 2023? Ognjen Soldat geeft inzicht aan de hand van voorbeeldberekeningen voor drie typen veel voorkomende huishoudens.
Als eerste voorbeeld, een alleenstaande huurder met recht op huurtoeslag en met een bruto inkomen van 1.900 euro per maand. De werkgever van deze huurder houdt met de nieuwe tarieven volgend jaar per maand 60 euro minder loonheffingen in, waardoor diegene datzelfde bedrag meer op diens rekening gestort krijgt. Verder krijgt hij of zij maandelijks 60 euro meer huur- en zorgtoeslag. Per saldo heeft deze huurder daarmee volgend jaar rond 120 euro per maand meer besteedbaar inkomen vergeleken met 2022.
Let op: als u meer gaat werken of de mogelijkheid heeft om meer te gaan verdienen, kan het zijn dat u te maken krijgt met de zogeheten armoedeval. Dat betekent dat weliswaar uw bruto inkomen stijgt, maar het netto inkomen maar heel weinig toeneemt of in sommige gevallen zelfs daalt. Dit komt onder meer vanwege het wegvallen van toeslagen. Zo kan een huurder met twee kinderen, die tussen 25.000 en 50.000 euro bruto per jaar verdient, volgend jaar in het slechtste geval 87 procent belasting betalen over iedere meer verdiende euro.
Tip: probeer als dit bij u speelt om een netto bonusafspraak met uw werkgever te maken (bijvoorbeeld binnen de zogeheten werkkostenregeling) als alternatief voor een bruto loonsverhoging. Netto bonusafspraken hebben namelijk geen fiscaal effect voor de werknemer, alleen voor de werkgever.
Tweeverdieners
Als tweede voorbeeld, een gezin met tweeverdieners met een gezamenlijk bruto inkomen van 4.350 euro per maand. Zij hebben twee kinderen en een koopwoning met een WOZ-waarde van 400.000 euro, met een hypotheekschuld van 320.000 euro en een hypotheekrente van 4 procent per jaar.
Het werkende stel krijgt maandelijks zo’n 30 euro meer kindgebonden budget en de kinderbijslag stijgt met ongeveer 10 euro op maandbasis. Verder krijgt het gezin meer hypotheekrenteaftrek vanwege een verlaging van het zogeheten eigenwoningforfait. Al met al stijgt voor dit gezin het besteedbaar inkomen met om en de nabij 100 euro per maand.
Tip: heeft u afgelopen jaren te maken gehad met (flinke) inkomensschommelingen? Dan kunt u misschien inkomstenbelasting terugvragen. Dat zit als volgt. Het inkomstenbelastingtarief in box 1 is progressief en afhankelijk van het jaarinkomen. Bij wisselende inkomens in verschillende jaren kunt u daardoor gemiddeld genomen in een te hoge tariefklasse vallen. Om deze reden is er (nu nog) de mogelijkheid om voor een periode van drie aaneengesloten jaren de inkomstenbelasting te herrekenen op basis van het gemiddelde box 1 inkomen. Als het verschil tussen de op basis van die berekening verschuldigde belasting en de daadwerkelijk betaalde belasting meer bedraagt dan 545 euro, dan kunt u op verzoek inkomstenbelasting terugkrijgen. Dit is de zogeheten middelingsregeling.
Let op, de middelingsregeling wordt afgeschaft en de driejaarsperiode 2022-2023-2024 is de laatste waarin middeling kan worden toegepast.
Stel met AOW
Als laatste voorbeeld, een AOW gerechtigd stel met een totaal bruto inkomen van 4.600 euro, bestaande uit AOW en werkgeverspensioen. Zij wonen in een eigen woning met een WOZ-waarde van 400.000 euro, met een eigenwoningschuld van 50.000 euro met een hypotheekrente van 4 procent op jaarbasis.
Ten eerste stijgt de bruto AOW met 10 procent, in dit voorbeeld is dat afgerond 170 euro bruto per maand. Verder daalt de belastinglast omdat onder meer de ouderenkorting verhoogd wordt. Tot slot geldt ook voor dit stel dat zij meer hypotheekrenteaftrek genieten in 2023 vanwege een verlaging van het eigenwoningforfait. Per saldo stijgt het gezamenlijk besteedbaar inkomen met zo’n 200 euro per maand. Tip: Heeft u een kleine, aflossingsvrije hypotheekschuld voor uw eigen woning afgesloten vóór 2013? Overweeg om deze hypotheekschuld niet (verder) af te lossen. Nu de aftrek vanwege geen of geringe eigenwoningschuld jaarlijks wordt afgebouwd, betekent dit dat mensen die hun eigenwoninglening helemaal hebben afgelost, jaarlijks steeds meer inkomstenbelasting gaan betalen over hun eigen woning. Is er echter nog een eigenwoningschuld met aftrekbare rente, dan is er geen belasting verschuldigd.
Berekening
De voorbeelden die Ognjen Soldat beschrijft, zijn indicatieve berekeningen, die mede afhankelijk zijn van de gehanteerde uitgangspunten. Uitkomsten kunnen in individuele situaties afwijken.
Soldat is directeur van de fiscale afdeling van RSM kantoor Alkmaar. RSM verleent diensten op het gebied van onder meer accountancy, belastingadvies en consulting.