De drie schaatsers die de snelste tijd in een van de twee races hadden neergezet, kwalificeren zich in principe voor de WK afstanden. Naast Scheperkamp, die met 34,61 de snelste was, zijn dat Dai Dai N’tab (34,89) en Otterspeer (34,91).

Scheperkamp kwam op de tweede 500 meter tot de beste tijd van 34,81. Hij versloeg in zijn rit N’tab die met 35,28 zakte naar de vijfde plaats in het klassement. N’tab wist vooraf aan zijn rit, de laatste van de negen ritten, al dat hij met 34,89 zeker was van kwalificatie voor de WK.

Westenbroek werd met 34,93 tweede op de tweede 500 meter. Die tijd was echter 2 honderdsten van een seconde te langzaam om zich te plaatsen voor de wereldkampioenschappen.

Scheperkamp toonde zich tevreden met zijn twee races onder zware omstandigheden. „Ik ben blij met deze twee ritten”, zei hij bij de NOS. „Ik had het hele jaar nog geen goede laatste binnenbocht gereden. Nu heb ik dat in de eerste rit wel gedaan. Ik heb daarna mijn focus gehouden en hield er rekening mee dat ik in de tweede rit weer opnieuw moest.”

N’tab was geëmotioneerd nadat hij zich voor de WK had geplaatst. „Ik heb een zwaar jaar. Het was heftig hoe ik me moest terugvechten om me te plaatsen voor de WK. Dat ging niet gemakkelijk”, zei de 28-jarige sprinter die vorig jaar de Spelen van Beijing misliep. Met de tweede plek in de WK-kwalificatie kon hij vooruit. „Dat is voor nu prima. Het is een opstapje naar meer. De WK daar wil ik lekker naartoe werken. Ik laat nog lang niet mijn niveau zien.”

Titelverdediger Kai Verbij deed niet mee op de NK afstanden. De 28-jarige schaatser van Jumbo-Visma meldde zich afgelopen woensdag af met een liesblessure en zette een punt achter het seizoen. Verbij verdedigt daarmee op de WK afstanden ook zijn wereldtitel op de 1000 meter niet.